Leo en Joey van Woensel

Heftruckchauffeur en assemblage

Leo en Joey van Woensel over werken bij Heras

Al een aantal generaties lang stroomt er Heras-bloed door de aderen van de familie Van Woensel. Wij spraken Leo en zijn zoon Joey over hun werk bij Heras en hoe het allemaal begon. Leo is namelijk geboren op de plek waar nu een productiehal staat in Oirschot. Het huis staat er al even niet meer, maar Leo werkt nog altijd bij Heras, al 47 jaar.

Hoe is het allemaal begonnen?
Leo: “Toen de fabriek van Heras hier in Oirschot gebouwd werd, heeft Frans Ruigrok (de oprichter van Heras) contact met mijn vader gezocht en gevraagd of hij bij Heras wilde komen werken. Zodoende is heel de familie er eigenlijk in gerold. Mijn moeder en zussen gingen daar de waslokalen en wc’s poetsen en de mannen deden het zware werk.”
“Ik ben hier tevens op het terrein geboren, het huisje dat is jammer genoeg weg. Maar we woonden tegen Heras aan, het was de buurman.”

Wat was jouw eerste kennismaking met Heras?
Leo: “Mijn kennismaking met Heras was toen ik 13/14 jaar oud was. Toen ging ik al met mijn vader naar het werk om te gaan corveeën. Van alles vegen, opruimen, helpen waar nodig. Zodoende ben ik er rustig ingerold en uiteindelijk het zwaardere werk gaan doen. Toen ik 16 jaar was, ben ik in vaste dienst gekomen. Eerder mocht niet, ik was nog te jong en moest nog naar school natuurlijk.”

“School was niet mijn ding, daar had ik gewoon een hekel aan. Ik weet nog goed dat mijn moeder me naar school bracht op de fiets. Ik zat achterop maar ik sprong er onderweg vanaf, omdat ik er zo’n hekel aan had om naar school te gaan. Ook toen ik ouder werd, deed niets liever dan werken voor Heras.”

Wat voor werk doe je?
Leo: “In alle jaren die ik bij Heras werk, heb ik al ontzettend veel verschillende dingen gedaan. Ik heb met alle machines gewerkt in de ponsfabriek, ik heb onderdelen gecoat. Ik kan bijna in mijn eentje een complete poort of hekwerk bouwen. Behalve het lassen, dat gaat niet.”

“Momenteel ben ik heftruckchauffeur en rijd de hele dag clusters voor de coatstraat. Dat betekent dat ik producten klaarzet, zodat ze in 2 ploegen van ’s morgens half 7 tot ’s avonds laat door kunnen gaan met het coaten van producten. Het leukste van alle functies die ik heb gehad, is dit werk, het rijden op de heftruck.”

Joey: “Ik werk in de assemblage, dat wil zeggen dat ik poorten afmonteer en inpak voordat ze naar de klant gaan. De eerste 9 jaar heb ik in de coatstraat gewerkt, en nu zit ik ongeveer 5 of 6 jaar in de assemblage. Mijn eerste baan heeft mijn vader voor me geregeld.”

Wat vind je leuk aan je werk?
Leo: “Ik doe het werk graag, ik kan lekker doorpezen en de tijd schiet lekker op. Het is gewoon afwisselend werk en ik houd van hard werken.”

Joey: “Wat ik zo leuk vind aan mijn werk is dat ik met mijn handen bezig ben, ik heb best veel vrijheid en ze staan niet constant op mijn lip te kijken. Daarnaast is het ook lekker dichtbij huis. Wat ik ook leuk vind is dat mijn vader hier werkt, hij komt elke dag langslopen om een praatje te maken voordat hij pauze gaat houden. We zien elkaar iedere dag even.”

Welke momenten zijn je het meeste bijgebleven?
Leo: “Ik herinner me het maken van de betonblokken in de betonfabriek nog goed. De fabriek is inmiddels afgebroken maar dat was echt leuk werken. We maakten betonelementen zoals kokers en er moest toen veel meer met de hand en schop gebeuren. Met de jongens van de betonfabriek hadden we zelfs een voetbalteam. Daarnaast was heel de familie altijd druk met Heras. Toen we in die tijd nog naar school gingen, kregen we thuiswerk van Heras en stonden we met heel de familie scharnieren in te pakken. ’s Avonds na het eten en schooltijd werkten we eraan tot dat het klaar was, de volgende dag werden de spullen weer met de heftruck opgehaald.”